• Wij zijn GMF

    Amélie, bestuurslid (HR) en all-round vrijwilliger

    GMF empowert iedereen die van Gent een gezondere stad wil maken.

Schapen in de stad

19 juli 2018 at 3:04pm

Een reportage over de Gentse stadsherder

Tussen half april en eind november trekt al sinds 2010 een kudde schapen door Gent, die onder begeleiding van een herder en een hond heel wat bermen langs het water begraast. Omdat het Gents MilieuFront meer wil weten over dit ecologisch bermbeheer, fietst ondergetekende op een warme lenteavond richting Lovendegem. Zo wordt meteen duidelijk waar de schapen de winter doorbrengen. Op de boerderij van vzw De Grazer beantwoordt beheerder Nils Mouton (what’s in a name, red.) met de glimlach alle vragen, terwijl op de achtergrond de schapen in de stal vrolijk blaten.

Samenwerking met de stad
‘Elke vier jaar schrijft Stad Gent een aanbesteding voor Stadsherder uit en onze vzw is recentelijk opnieuw gekozen’, begint Nils. Anno 2018 blijkt zelfs een idyllische verschijning als een herder aldus aan vaste regels gebonden. ‘Er wordt onder andere opgelegd dat enkel Belgische schapenrassen welkom zijn in de stad. Verder bestaan er duidelijke bepalingen over de graasperiode en -plaatsen. Momenteel beheren we de volledige waterkant langs de Bargiekaai en de Coupure, langs de Leie van Baertsoenkaai tot Gordunakaai en de buitenkanten van de Blaarmeersen en de Watersportbaan. Aan dit gebied moeten we ons strikt houden. Op die plekken zijn we verplicht om één of twee keer met de schapen te passeren, maar in de praktijk is dat vaak drie keer. Het hangt er daarnaast ook vanaf wat voor een zomer het is, want bij veel regen groeit het gras sneller en moeten de schapen meer eten.’ Momenteel wordt 61 procent van alle Gentse waterbermen door de schapen afgegraasd. Op de vraag of dit nog uitgebreid kan worden, reageert Nils heel enthousiast: ‘Er is nog veel potentieel in de stad, dat we eventueel met dezelfde kudde zouden kunnen beheren, zoals de graskant langs de Palinghuizen. Een tweede kudde kan natuurlijk ook…’ Wij dromen alvast graag mee over minder lawaaierige maaimachines en meer mekkerende schapen in Gent.

Schaapjes… in de stad en op het droge
‘In april vertrekken de schapen naar de stad en pas eind november komen ze terug. Enkel als er eentje erg ziek wordt, halen we dat noodgedwongen naar de boerderij. Omdat schapen nogal teergevoelig zijn, krijgen ze allemaal een ontsmettend voetbad voor ze naar Gent vertrekken. Dit heeft ons de voorbije jaren goed geholpen om ziektes te beperken’, vertelt Nils verder. Als je de schapen telt, ontdek je dat de Gentse kudde uit 130 tot 150 Vlaamse schapen bestaat. Dit zijn elk jaar dezelfde volwassen schapen, tenzij ze echt te oud worden. Lammeren daarentegen blijven op het platteland, omdat ze daar beter weerstand opbouwen en vrijer kunnen rondhuppelen. ‘Lammetjes zijn speelser dan volwassen dieren en durven al wel eens uit de kudde ontsnappen. Dat risico willen we in de stad niet nemen.’

Nils leeft duidelijk intens mee met zijn schapen, al moeten die wel hard werken. De schapen grazen zeven dagen op zeven, ongeveer acht uren per dag. ‘s Nachts staan er maar liefst drie afgebakende slaapplekken ter beschikking, meer bepaald aan de Watersportbaan, de Blaarmeersen en de Coupure. Nils verduidelijkt hoe de waterbermen precies beheerd worden: ‘We vorderen op het tempo dat de schapen grazen en laten ze daar vrij in. Soms moeten we de eerste schapen wat afremmen, omdat ze in hun enthousiasme te snel vooruit willen en de kudde daardoor te langgerekt wordt of de berm niet voldoende afgegraasd is. Daaraan komt dus geen enkele machine te pas. Zo zorgen de schapen echt voor 100% milieuvriendelijk bermbeheer. Ze laten geen maaisel achter en verspreiden via hun vacht bovendien plantenzaden. In al die jaren hebben we trouwens nog op geen enkele manier gemerkt dat de schapen last zouden hebben van de drukte in de stad. Als ze schrikken, is dat vaker van de herdershond dan van een fietsbel of autogetoeter. Soms valt er eentje in het water. Om dat schaap terug op het droge te krijgen, vraagt de herder wel eens hulp van een omstander, zeker als het een ongeschoren dier is.’

Een échte herder uit den verre
De eigenlijke stadsherder heet Hamdi Repaj en komt oorspronkelijk uit Albanië, waar hij het vak van zijn vader leerde. ‘Het is echt een geluk dat we hem gevonden hebben’, zegt Nils. ‘In België is er immers veel informatie over het herdersvak verloren gegaan.’ Hamdi kent het karakter van elk schaap afzonderlijk en ziet meteen als er eentje uit zijn gewone doen is. Door die uitstekende kennis kan hij quasi alle problemen ter plaatse op te lossen. Wanneer een schaap mankt, wat minder eet of koorts heeft, haalt hij allerhande herderstrucjes boven. Hamdi’s Nederlands blijkt daarentegen niet zo goed, dus schrik niet als je hem aanspreekt en geen duidelijk antwoord krijgt. ‘Over de talenkennis van de herder staat niets vermeld in de aanbesteding van de stad’, lacht Nils. De herder zal wel steeds met aandrang vragen om de schapen geen eten te geven. De bermen bieden immers gras genoeg!

De onontbeerlijke hond
Naast een herder hoort bij schapen ook een hond, die de kudde zoveel mogelijk bij elkaar houdt. Nils licht dit verder toe: ‘Een herdershond loopt steeds naast of achter de schapen, terwijl een herder voorop wandelt. Zo zorgt de hond ervoor dat er geen schapen afdwalen of dat ze niet te ver uit elkaar gaan. Een herdershond fungeert op die manier als een soort levende omheining. De schapen zijn niet bang van de hond, al schrikken ze soms van zijn onstuimigheid.’ Vroeger werden steeds bordercollies gebruikt, maar dat ras blijkt door overkweek niet meer zo sterk. In Gent trekt daarom een Australian kelpie met de naam Jimmy samen met de herder door de stad.

Verdraagzame stedelingen
Nils is heel tevreden over de voorbije jaren en kijkt ook positief naar de toekomst van de stadsherder. ‘We hebben nog nooit ernstige incidenten of grote klachten gehad. Het lijkt zelfs alsof stedelingen verdraagzamer en geduldiger zijn dan dorpelingen, als we met onze schapen een straat oversteken. De verklaring ligt in het feit dat een kudde in de stad toch nog steeds een ongewoon beeld vormt.’ Tot slot geeft Nils nog mee dat het biologisch schapenvlees van de oude schapen onder het label Gents Vlees verkocht wordt op zijn boerderij. Voor de wol is hij echter nog op zoek naar afzetmogelijkheden. Hij wil nadrukkelijk niet aan een opkoper verkopen, want die zou de wol naar China uitvoeren om daar op onethische wijze te verwerken in onder andere matrassen. Als je dus een idee hebt om met Gentse wol aan de slag te gaan, kan je zeker bij vzw De Grazer terecht.

Meer info?
www.vzwdegrazer.be
www.gentsvlees.be

Tekst geschreven door An Van Hemeldonck – Frontaal Zomer 2018

 

Dit artikel werd gepubliceerd in ons tijdschrift Frontaal.

Deze komt 4 maal per jaar uit voor al onze leden!

Wil jij Frontaal ook ontvangen?

Voor €5 per jaar ben je lid. Lid worden kan eenvoudig hier

 

 FRONTAAL 2017 winter klad 3 1 1 001
Print

Zonder Gentenaars geen GMF!

Samen maken we van Gent een stad van de toekomst. Word lid voor €5 per jaar en krijg er ons tijdschrift Frontaal bovenop.

Lid Worden X