• Wij zijn GMF

    Benjamin, bestuurslid, handige harry

    Gelukkig zijn er ook veel mensen binnen en buiten GMF die constant aan de ecologische kar blijven trekken en op dezelfde nagel blijven kloppen.

Oogverblindend mooi of gewoon oogverblindend : het Gentse lichtplan uitgelicht

21 mei 2023 at 7:23pm

Het Gentse lichtplan beoogt een sfeervolle stadsverlichting om de identiteit van de stad te versterken. Lichthinder moet daarbij zoveel mogelijk vermeden worden. Of de stad daarin slaagt, onderzoeken we samen met Stijn Vanderheiden van de vzw Preventie Lichthinder.

Een kortere slaapduur, een verhoogde kans op een hoge bloeddruk, een verstoorde hormoonhuishouding, obesitas. Prof. Johan Verbraecken (Slaapcentrum UZA) windt geen doekjes om wat er kan gebeuren door ons gebruik van kunstlicht. Rolluiken en verduisterende gordijnen om binnensluipend licht te weren, zijn voor hem dan ook een must.
Koolmezen en nachtzwaluwen trekken echter niet zomaar even een gordijntje dicht. De gevolgen van ons overmatig gebruik van kunstlicht zijn ook in de natuur voelbaar: van bomen die langer hun blad behouden, over een in de war gestuurde voortplanting bij insecten tot gedesoriënteerde trekvogels. Ook menig astronoom betreurt de problematiek. In de Gentse sterrenwacht Armand Pien (UGent) zijn ze al jaren een groot deel van de nachthemel kwijt. Het is best ironisch dat één van de oorzaken de verlichting van een gebouw van dezelfde onderwijsinstelling is: de Boekentoren.
Nochtans is de oplossing vrij simpel: draai het licht uit. Zo radicaal hoeft het echter niet voor Stijn Vanderheiden van de vzw Preventie Lichthinder. Hij leidt me rond in mijn stad om samen het Gentse lichtplan onder de loep te nemen.
Dat plan is opgebouwd uit drie delen. Het eerste deel focust op de binnenstad en wil de Gentse identiteit uitrollen met sfeervolle stadsverlichting en door architecturale pareltjes in de verf te zetten. Stad Gent omschrijft de stadsverlichting als subtiel en sober. Bovendien zegt ze actief lichthinder te beperken.
Of dat klopt, ontdek ik op deze novemberavond.

Monumentale verlichting
Ik wacht Vanderheiden op aan de Sint-Pietersabdij, terwijl ik mijn ogen toeknijp voor de straling van een schijnwerper naast me. Het is ongetwijfeld de bedoeling enkel het gebouw te belichten, maar ikzelf voel me even opgenomen in het ontwerp. Vanderheiden glimlacht: ‘Ja, zo zullen we nog wel meer voorbeelden zien, hier in Gent.’
Terwijl we van het Sint-Pietersplein richting stadhuis wandelen, wijst hij me verschillende voorbeelden aan van hoe het niet moet. Veelal worden gevels van onderuit beschenen. Het licht likt de dakgoten en schijnt daar ook voorbij. ‘Dat is net wat we niet willen. Volgens de Vlaamse regelgeving moet klemtoonverlichting zo geplaatst zijn dat het enkel het gebouw zelf belicht. Het strooilicht ernaast moet ten allen tijde vermeden worden’, wijst Vanderheiden.
Ook vlakbij het Zuid schieten de in de grond geplaatste lichttegels hun doel voorbij. Bovendien zijn ze bijzonder fel en onaangenaam om over te wandelen. ‘Die lichttegels doen ook weinig eer aan het gebouw’, wijst hij. ‘Ze creëren een groot wit vlak op die gevel. Met de huidige LED-technieken kan zoiets veel mooier en minutieuzer geaccentueerd worden.’

Straatverlichting
Het is die LED-technologie waar veel hoop op gevestigd is. Mits goed geïnstalleerd, biedt LED tal van mogelijkheden: aanpassingen in lichtkleur en -intensiteit, sturing met timers en aangepaste tijdschema’s. In praktijk blijken LED-lampen echter vaak niet goed afgesteld en zelfs bij te dragen tot de problematiek. Tijdens onze wandeling merk ik de straatverlichting langs onze Gentse waterlopen op. Vanderheiden wijst op de impact hiervan op onze stedelijke vleermuispopulaties: ‘Wil je naast sfeer creëren, ook iets voor het leefmilieu doen, dan moet je meer op maat werken. Met LED zou dat kunnen, mits je ook stilstaat bij het totaalplaatje: wat zijn de noden van een specifieke locatie? De noden van de eventuele menselijke en dierlijke bewoners? Is daar wel licht nodig? Waarom? Wanneer? En hoe kan het zo subtiel mogelijk geïmplementeerd worden?’

Kennisopbouw, maatwerk en samenwerking
Vanderheiden pleit dan ook voor doven waar het kan en maatwerk elders. Daarvoor hebben we nood aan een interdisciplinaire samenwerking tussen technici, ontwerpers, ecologen, lichthinderexperts en installateurs, vanaf ontwerp tot aan uitvoering. Bovendien moet ook beter afgestemd worden tussen de verschillende diensten en overheden: stedelijk, Vlaams, federaal én Europees. ‘Veel diensten en overheden kennen elkaars regelgeving niet. Die communicatie kan beter’, meent Vanderheiden. De toekomst zal uitwijzen of Stad Gent een nieuwe identiteit durft aannemen. Eentje waar onze menselijke hang naar sfeer en ons veiligheidsgevoel in balans zijn met ecologische diversiteit en onze eigen gezondheid. Een identiteit waar niet enkel de mens centraal staat, maar waarbij gekeken wordt naar het grotere plaatje. De toekomstige ‘verledding’ verder uitrollen in samenwerking met experten, zal daarbij noodzakelijk zijn.
Terwijl ik naar huis fiets, tuur ik de hemel af. De sterren verbergen zich achter de gloed van de Gentse straatverlichting en ik vraag me af of mijn zoon ooit de Melkweg zal zien, hier in Gent.

Als ik Vanderheiden mag geloven, is dat alvast mogelijk.

Wat kan ik zelf doen tegen lichthinder? Lees het hier.

Dit artikel werd geschreven door Anke De Sagher voor Frontaal (editie winter 2022), het magazine van Gents MilieuFront. Wil je ook 4x per jaar inspirerende en kritische Frontaal-artikels lezen op papier of digitaal? Word nu lid van GMF en geniet van Frontaal en tal van andere fijne voordelen!

Foto’s: Pixabay mariaamanda0140, Anke De Sagher (nachtelijke hemel boven Mariakerke)

 

Print

Zonder Gentenaars geen GMF!

Samen maken we van Gent een stad van de toekomst. Word lid voor €5 per jaar en krijg er ons tijdschrift Frontaal bovenop.

Lid Worden X